Tijdens het Kamerdebat inzake de Wetsvoorstel kwaliteitsborging op 18 januari jl. heeft het CDA een amendement ingediend om de voorschriften in de Wkb inzake de aansprakelijkheid van de aannemer aan te passen. In het wetsvoorstel is de aannemer aansprakelijk voor alle gebreken, tenzij deze gebreken niet aan de aannemer zijn toe te rekenen. Voor de consument is dit dwingend recht en mag de aannemer er niet van afwijken. In geval sprake is van een professionele opdrachtgever mogen partijen in onderling overleg andere afspraken maken. Het amendement van het CDA beperkt de gewijzigde aansprakelijkheid voor gebreken na oplevering tot de consument. Voor de opdrachtgever die uit hoofde van zijn beroep (en dat zijn ook scholen en zorgpartijen) laat bouwen zouden dan de huidige regels blijven gelden.
BOZ vraagt – mede namens Aedes, Federatie Opvang, RIBW Alliantie, PO-raad en VO-raad (brancheverenigingen in de zorg en in het onderwijs) – de Tweede Kamer in een brief dit amendement niet te steunen. De argumenten daarvoor zijn onder meer:
- “Professioneel” opdrachtgever veronderstelt dat de opdrachtgever regelmatig bouwopdrachten verleent. Dat is vaak niet het geval in de zorgsector en het onderwijs.
- Professionele opdrachtgevers formuleren de opdracht steeds meer in alleen functionele termen (outputspecificaties) en steeds minder in technische termen (bestek met tekeningen). Daarin wordt steeds vaker gesteund op de technische kennis van de aannemer.
- Toezicht of directievoering van of namens de opdrachtgever is echter niet bedoeld om de kwaliteitsborging van de aannemer te verzorgen, maar is er voor zekerstelling van de opdrachtgever
De gehele brief is hier te lezen: 170130 Aansprakelijkheid in de bouw